Proefsleuven prospectie
Archeologisch vooronderzoek begint in de meeste gevallen met het graven van proefsleuven. Doorgaans hebben deze sleuven een breedte van ongeveer 2 meter met een tussenafstand van een 10 tot 15 meter. Zo kan men een archeologisch vooronderzoek doen zonder meteen het hele terrein af te graven. Op basis van de resultaten in de prospectiefase kan dan besloten worden om over te gaan tot een vlakdekkende opgraving. Een Landmeter-Expertkan u in deze prospectiefase bijstaan door de sleuven en eventuele sporen of vondsten digitaal in kaart te brengen.